Klaas Hendriks Visser de Jonge
Klaas Hendriks Visser de Jonge,
geb. op 21-09-1810 te Huizen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 23-09-1810 te Huizen; dgt. Marritje Donker,
ovl. op 04-12-1810 te Huizen; 10 weken oud; wonende N.15,
begr. op 05-12-1810 te Huizen; Aktedatum.- Vader:
Hendrik Claasz Visser de Jonge, zn. van Klaas Hendriksz Visser en Rutje Willems Teeuwisz,
geb. op 15-12-1782 te Huizen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 15-12-1782 te Huizen; dgt. Aagje Teeuwis,
ovl. op 29-07-1837 te Huizen,
, -
HENDRIK KLAASSEN VISSER DE JONGE
Huizen Koptienden (1808-44 => 1835-44):
1808-44: v. Claas Hendriksz Visser 1 Spt 7/8
1808-56:v. Wed. Willem Willemsz Teeuwisz 1 Spt 3 kop
1808-54: v. Jan en Marritje Glijn 1 kop 1/2
t/m 1822-48: Situatie: 2 Spt 5 kop 3/8
1823-46: op Meeuwis Zwart 2 Spt 5 kop 3/8
- Situatie: -- -- --
1825-46: v. Jan Willemsz Kajer 12 Spt 6 kop 3/8
- (= 3 kop 3/4 + 3 kop 1/2 + 5 kop 1/2 +
- + 9 Spt 1/4 kop + 5 kop + 4 kop + 2 kop 7/8)
t/m 1829-43: Situatie: 12 Spt 6 kop 3/8
- Afgezet op onbekende 4 Spt 1 kop 5/8
1835-44: Situatie: 8 Spt 4 kop 7/8
-
ORA-184-3224A013; 04-11-1806: 04-11-1806; Akte van scheiding, scheiding der boedel en verdeling.van Matje (Hendriks) Snijder, overleden 03-03-1802 alhier, weduwe van Willem (Willemsz) Teeuwissen (de Jonge).
Gerbert (Willemsz) Teeuwisse voor zijn prive wonende binnen Huizen, Gerbert (Willemsz) Teeuwissen en Hendrik (Hendriksz ?) Visser in qualiteit van bij Testament van nu beide wijlen Klaas (Hendriksz) Visser en deszelfs huisvrouw Rutje (Willems)
Teeuwissen gestelde voogden over derzelver minderjarige kinderen met namen Hendrik, Matje, Willem en Aaltje (Klaasz) Visser.
Dirk (Gerbertsz) Rebel en Lambertje (Klaasz) Visser, echtelieden, mede alhier woonachtig, zijnde den vrouw comparante met den voorn: haren man geadsisteerd.
- Nota de weduwe Willem Teeuwissen wier nalatenschap hierin wordt vermeld, reets den 03-03-1802 - en de hierin vermelde Klaas Hendriksz Visser en deszelfs voor-overledene Huisvrouw Rutje Willems Teeuwis beiden voor den Jaren 1806 overleden
zijnde kome hier geene vertooning van Peinissie Billet van Toe-eigening te pas.
Te kennen gevende dat Matje (Hendriks) Snijder, overleden 03-03-1802 alhier, weduwe van Willem (Willemsz) Teeuwissen, nalatende 2 kinderen, te weten de 1e genoemde comparant Gerbert (Willemsz) Teeuwissen en de moeder der 4 opgenoemde
minderjarige kinderen van Klaas (Hendriksz) Visser, zijnde de moeder van de comparante Lambertje Visser, met name Rutje Teeuwissen, en dat derhalve die haar 2 nagelaten kinderen ieder voor de gerechte / portie de nalatenschap van voorn: wijlen
Matje (Hendriks) Snijder wed.v. Willem (Willemsz) Teeuwissen, ab intesto gerechtigd waren, doch dat hij comparant Gerbert (Willemsz) Teeuwissen, met nu wijlen zijn schoonbroeder Klaas (Hendriksz) Visser van mede wijlen zijne zuster Rutje
(Willems) Teeuwissen, hadden goed gevonden
-
ORA-184-3225A083; 11-09-1809: Staat, schifting en scheiding van goederen der nalatenschap van de Wed. Willem (Willemsz) Teewisz in dato 04-11-1806 en op het qouhier der oude verponding gesteld ten name van de kinderen van Klaas Hendriksz
Visser goederen enz.
Compareerden voor ons Hendrik Klaas Visser, Hendrik (Gerritsz) Schram de Jonge in huwelijk hebbende Matje Klaasz Visser en zij Matje Klaasz Visser Visser zelve als ten dezen door haren man geadsisteerd, mitsgaders Gerbert(Willemsz) Teeuwissen
en Hendrik Hendriksz Visser bij testament van wijlen Klaas Hendriksz Visser en Rutje (Willems) Teeuwisz, gepasseert 29-09-1803 gestelde voogden over de nu nog minderjarige Willem Klaasz Visser en Aaltje Klaasz Visser, en verklaarden zij
comparanten het voornemen te hebben te sommeeren eene scheiding van de tot hier gemeen gebleven goederen welke in de nalatenschap van wijlen hunnen grootmoeder de Wed. Willem (Willemsz) Teeuwissen ofwel uit die hunner ouders opgekomen zijn voor
zoo veel op het quohier van verponding staande te name van de kinderen van Klaas Hendriksz Visser, zijnde Hendrik, Matje, Willem en Aaltje Klaas Visser enz
-
ORA-184-3226A009; 25-07-1810: Langstlevende testament. Hendrik Klaasz Visser verklaart tot eenige erfgenaam deszelfs huisvrouw Aartje (Jans) Keijer,
tr. op 08-05-1808 te Huizen.
>